Project Bachweg Amersfoort

Gegarandeerde kwaliteit bij reconstructie Bachweg Amersfoort

Een goed bestek en een goede aannemer zijn de twee ingrediënten om te komen tot een goed werk, zegt projectleider Gijsbert Bunk van de Gemeente Amersfoort. Dat dat klopt, bewees SEB-deelnemer Van Schoonhoven Infra uit Leusden bij het project Bachweg in Amersfoort.

Het project Bachweg omvatte de totale reconstructie van vier straten. Het betrof vrij smalle woonstraten waarin het vuilwaterriool moest worden vervangen en een nieuw riool werd aangelegd voor de afvoer van regenwater. Daarvoor moest Van Schoonhoven de straat tot op grote diepte uitgraven en geheel opnieuw opbouwen. De bestaande fundering van hoogovenslakken is volledig verwijderd en is vervangen door menggranulaat.

De Gemeente Amersfoort vroeg voor dit project aan de inschrijvende aannemers om vooraf hun kwaliteit aan te tonen zowel in de uitvoering van het werk als qua omgevingsmanagement. Bedrijven moesten daarvoor onder meer komen met beoordelingen van vorige projecten.

Eigen werk controleren

“Je eigen kwaliteit omschrijven kan best wel lastig zijn”, zegt projectleider Gerben Schipper van Van Schoonhoven Infra. “Voor ons is onze manier van werken zo logisch dat we er vaak niet over nadenken wat ons onderscheidt van anderen. We hebben een kwaliteitsborgingssysteem waarbij we continu ons eigen werk controleren. Door op meerdere momenten te controleren, komen eventuele gebreken vroegtijdig aan het licht. Op die manier leggen we bijvoorbeeld riolering gewoon foutloos. Maar kennelijk doet niet iedereen dat zo en komen ze er pas bij een eindcontrole van de riolering achter dat er iets niet klopt.”

“Die kwaliteitscontroles doen we vanaf het eerste begin, vanaf de rioolsleuf naar boven. We meten bijvoorbeeld de verdichting van de puinfundering en leggen dat ook vast. Ook bij onder meer voetpaden, waar je op een bestaande zandlaag werkt, controleren we de draagkracht van de ondergrond. Mocht ergens de ondergrond onvoldoende sterk zijn, bijvoorbeeld in zettingsgevoelige gebieden, dan informeren we de opdrachtgever daarover. Verder controleert de uitvoerder de stratenmakers, maar doordat we altijd zo werken, weten die zelf ook wel waar ze op moeten letten. Alles wat we controleren leggen we vast op papier en dat document overhandigen we aan de opdrachtgever.”

Voor de Gemeente Amersfoort is die kwaliteitscontrole belangrijk. “Wij zijn een regiegemeente. We werken met een uitgebreid RAW-bestek, waarin de projecteisen zijn vastgelegd. Onze toezichthouder komt dagelijks op het werk om feeling en binding te houden en we hebben wel een aantal stopmomenten waarop we het werk controleren, maar het is aan de aannemer zelf om de geleverde kwaliteit aan te tonen”, zegt projectleider Bunk van de Gemeente Amersfoort.

Duurzame bestratingsmaterialen

In totaal legde Van Schoonhoven in dit project circa 5200 vierkante meter verharding aan, waaronder ook waterdoorlatende grasbetonstenen voor parkeerplaatsen. De bestratingsmaterialen kocht Van Schoonhoven in bij Struyk Verwo, waarmee de Gemeente Amersfoort een contract heeft gesloten voor stenen met een eigen ‘Amersfoortse uitstraling’. Daarbij gaat het om CEROstone en CirCOton. CEROstone is een cementloze steen van geopolymeerbeton, CirCOton is circulair beton met een hoge mate van gerecycled betongranulaat en een lage MKI-score voor onder meer opsluitbanden en stoeptegels. Alle vrijkomende bestratingsmaterialen werden ingezameld door Struyk Verwo om te worden gerecycled. “Dat betekent dat je een extra container hebt staan en dat je voor de afvoer van materialen afhankelijk bent van derden. Dat heeft invloed op je logistiek, planning en omgevingsmanagement”, geeft Schipper aan.

Het werken met duurzame bestratingsmaterialen maakt verder in de uitvoering geen verschil, geeft Schipper aan. “Je ziet het ook niet aan de materialen. De kwaliteit is het zelfde en ook de uitstraling aan de bovenzijde is hetzelfde. Alleen aan de onderzijde is te zien dat de structuur wat anders is.”

Omgevingsmanagement

“Eigenlijk waren deze werkzaamheden dagelijkse kost voor ons. Wel moesten we in dit geval werken in vrij smalle straatjes waar we weinig ruimte hadden. Daar moesten we twee rioolbuizen leggen en de regenwaterafvoer van de woningen afkoppelen”, zegt Schipper. Mede daardoor was omgevingsmanagement een belangrijke factor in dit project. “Belangrijk was ook de bereikbaarheid van woningen door de nooddiensten. De te overbruggen afstand voor nooddiensten mag maximaal 40 meter zijn. Dat betekent dat je maar twee keer 40 meter, 80 meter dus, kunt opbreken, terwijl we vooral bij het leggen van riolering liever van put tot put werken. In totaal zijn we negen maanden bezig geweest. Je werkt op een locatie waar mensen wonen en werken. Vooraf is alles nog functioneel en dan zetten wij de boel op de kop en is het pas weer netjes als we klaar zijn. Wij werken in het zand en we kunnen overlast dus ook niet voorkomen. Daar moet je een eerlijk verhaal over vertellen. Dat moet je niet rooskleuriger voorstellen dan het is. En ook over de planning moet je mensen niet in het ongewisse laten.”

Audit door de SEB

Op het project werd een audit uitgevoerd door de SEB. “Dat betrof de jaarlijkse audit van ons bedrijf. Daarvoor bezoekt de auditor van de SEB twee projecten, waarvan een in uitvoering en een afgerond. Dit project Bachweg was een mooi project om te bezoeken omdat er zo veel verschillende aspecten in zaten.” Het leidde niet tot op- en aanmerkingen van de auditor. “Die was tevreden over de geleverde kwaliteit. We willen altijd een bepaalde minimale kwaliteit nastreven. Een onafhankelijke keuring van een organisatie als de SEB is voor ons een belangrijke bevestiging van de werking van ons kwaliteitssysteem.”